Brrr
Blijf op de hoogte en volg Regina Aurora
31 December 2014 | Thailand, Chiang Mai
Maar eerst deze eens afsluiten. Mijn laatste week in Zuidoost Azië was ik in Noord-Thailand. Mijn vlucht vanuit Hanoi kwam erg laat aan in Chiang Mai, en toen ik eindelijk bij mijn hostel was afgezet was de receptie gesloten. Na een poging tot het vinden van personeel ben ik uiteindelijk maar in een leeg bed gekropen op een slaapzaal, met dekens en een kussen die ik in de binnentuin vond. De volgende ochtend troffen ze me vol verbazing aan de ontbijttafel aan, en checkte ik nog even in, en tegelijkertijd uit. Ik werd namelijk al vroeg opgehaald voor mijn tweedaagse avontuur op het Elephant Nature Park, een veelvuldig bekroond ‘opvangcentrum’ voor mishandelde olifanten. De dertig olifanten op het park hebben allemaal een tragische geschiedenis, waar ze soms nu nog heftige mentale en/of fysieke klachten van ondervinden. Maar gelukkig worden ze nu goed verzorgd en erg vertroeteld door de vele bezoekers van het park.
Eenmaal daar werd ik in een groep van tien personen gezet. Er waren twee koppeltjes, waarvan een op huwelijksreis, een gezinnetje met hippe ouders en twee spontane kinderen, en een Poolse vrouw van 30 die een maand volop in haar uppie haar verjaardag vierde. Zij was tevens mijn bungalowgenootje die avond. Stuk voor stuk bruisten ze van energie. Dat kan ook bijna niet anders op zo’n plek. Bij aankomst mochten we de olifanten al gelijk voeren vanaf het platform. Daarna liepen we met onze gids een rondje door het park, waarbij ze ons voorstelde aan een aantal van de vierpotige dames. De heren zaten veilig weggestopt achter een omheining, omdat die nog wel eens agressief willen zijn, of hitsig, en ik weet niet wat erger is. De dames waren over het algemeen erg lief. Een aantal kon je gewoon aaien, en als je vertrouwd raakte met hun imposante gewaarwording, zelfs knuffelen. Het was zo machtig mooi om zo dicht in contact te komen met deze indrukwekkende dieren. De hele tijd had ik kippenvel. Onze gids vertelde bij elk dier hun verhaal en persoonlijkheid, waardoor je ze echt leerde kennen. Er zaten veel zielige verhalen tussen. Sommige olifanten waren getrapt op een landmijn, anderen blind gemaakt door hun eigenaar omdat ze een bevel weigerden, en nog een paar met gebroken ruggen of benen door het constante dragen van een zware stoel en honderden kilo’s aan toeristen. De leukere verhalen gingen vaak over de baby olifantjes die daar op het park geboren waren. Die renden nog wel eens achter een onwetende parkbezoeker aan, of vaker achter een van de 400(!!) honden op het park. (Karlijn, ga hier maar nooit heen :P). We sloten de middag af met het wassen van de olifantjes in de rivier. Waterpret tussen de drijvende drollen.
De tweede dag hadden we een soortgelijk schema, inclusief een extra lange wandeling en het klaarmaken van een bananenpapje voor de oudere tandloze olifanten. Eind middag was het helaas alweer tijd om afscheid te nemen van het park, de groep, onze ‘ba magma’ (knotsgekke) gids Apple, en de grijze dames. Ik had er graag nog veel langer gebleven, was het niet dat er een behoorlijk prijskaartje hangt aan deze mooie ervaring.
Eenmaal terug in Chiang Mai werd ik gelijk uitgenodigd voor de barbecue van het hostel waar ik ditmaal verbleef. Daarbij werd ik meteen aan het werk gezet, en tijdens het rijgen en eten van de spiesjes heb ik weer een hoop mensen ontmoet. De volgende dag ging ik met een van hen, een Canadees genaamd Brad, erop out (lees op z’n Canadees) om wat tempeltjes in de omgeving te verkennen. Chiang Mai is een leuk stadje met erg mooie tempels, maar na een dag had ik het wel weer gezien. Veel mensen hadden mij aangeraden om naar Pai te gaan, een klein hippiedorpje een paar uur verder op in de bergen. De laatste paar dagen bracht ik daar door, na een helse busrit met (als ik me niet vergis) 768 scherpe bochten te hebben overleefd.
Dat het een hippie dorpje zou zijn is niet overdreven. De flowerpower leeft er nog volop. In elk hoekje tref je wel een backpacker met dreadlocks, print op print kleding en een walm van Mary Jane om zich heen. Het centrumpje zelf had ik in een half uur gezien, en omdat ik er maar anderhalve dag had en nog niemand kende, ben ik er met een ‘privé chauffeur’ op uitgegaan om achterop zijn motor de omgeving te verkennen. Op een paar minuten afstand van elkaar vind je de meest diverse landschappen. Van maisvelden tot heuvels met fruitteelt, van canyon tot waterval. Mijn chauffeur diende tevens als cameraman tijdens het –gevaarlijk- klimmen langs de steile rotswanden van de canyon. En hij hield mijn tas vast. Super handig. Bij de waterval ontmoette ik Niek, een Nederlander die er toevallig ook zelf op uit was. Die avond deden we nog even een drankje in een sfeervol barretje, waar hippies bijeen komen om samen weer een mellow dag af te sluiten met life muziek en cocktails. Kumbaya.
Helaas komt aan alles een eind, zo ook aan mijn Aziatische avontuur. Na Japan, Myanmar, Thailand, Cambodja, Vietnam en nog eens Thailand te hebben gezien werd het tijd om terug te reizen naar mijn oude vertrouwde vaderlandje. Van Pai tot Breda ben ik 34 uur onderweg geweest, maar ik ben weer thuis.
Maar voor hoe lang?
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley